Detacheren van zieke werknemers
Als een werkgever geen passende arbeid voor een zieke werknemer beschikbaar heeft in zijn eigen bedrijf, moet er buiten het eigen bedrijf naar vervangend werk gezocht worden. We spreken dan van re-integratie tweede spoor. Dat kan bijvoorbeeld bij een bevriende of bekende werkgever in de buurt, een ander lid van de winkeliersvereniging of via een re-integratie- en outplacementbureau zoals Werkcontact.
De werknemer blijft in dienst bij zijn huidige werkgever, maar voert andere (nieuwe) werkzaamheden uit bij de nieuwe (externe) werkgever die vervolgens een vergoeding betaalt aan de werkgever waar de werknemer echt in dienst is. Op deze wijze blijft de werknemer behouden voor het arbeidsproces, de werkgever vermindert hiermee zijn loonkosten en de inlenende werkgever krijgt een medewerker zonder dat hij risico loopt bij ziekte-uitval. Als er een geschikte baan (passend werk) is gevonden is overleg van toepassing tussen de werknemer, werkgevers en de bedrijfsarts. De bedrijfsarts help bij de bepaling of het werk daadwerkelijk passend is. Eventueel kan er ook nog een arbeidsdeskundige worden ingezet. De afspraken die gemaakt zijn tussen de verschillende partijen worden vastgelegd in een detacheringsovereenkomst.
De detacheringsovereenkomst
De detachering kan in verschillende situaties worden ingezet, namelijk:
Een detachering van een zieke werknemer eindigt op enig moment.
Dit kan zijn omdat de werknemer is hersteld en zijn oude werk weer kan oppakken, maar ook omdat de detacheringsperiode eindigt. Vaak valt dit moment samen met het einde van de verplichte loondoorbetaling. Het meest gewenst is dan dat de werknemer een arbeidsovereenkomst van de inlenende werkgever krijgt aangeboden. Zodoende heeft de werknemer ook naast zijn WIA-uitkering nog werk.